Statuten

Doorlopende tekst van de statuten van de te ’s-Gravenhage gevestigde vereniging: International Christian Fellowship Nederland, zoals deze luiden na akte van statutenwijziging op 27 februari 2012 verleden ten overstaan van mr. J.G. Gräler, notaris te ’s-Hertogenbosch. Naam en zetel.

Artikel l.
1. De vereniging draagt de naam: International Christian Fellowship Nederland, bij afkorting ook genaamd: I.C.F. Nederland.
2. De vereniging is gevestigd te ‘s-Gravenhage.

Artikel 2.
De vereniging is opgericht als rechtspersoon op één oktober negentienhonderd één en zeventig; zij wordt voortgezet voor onbepaalde tijd.

Verenigingsjaar.

Artikel 3.
Het verenigingsjaar valt samen met het kalenderjaar.

Doel en middelen.

Artikel 4.
De vereniging komt voort uit de activiteiten en gedachten van ds Abraham Vereide zoals die destijds gestalte kregen in de International Council for Christian Leadership, en die thans worden verder gedragen door diverse nationale en internationale groeperingen.

Artikel 5.
1. De vereniging streeft er naar een beweging te zijn van christenen, die door samengaan in vriendschap, wederzijds begrip en respect, hun christen-zijn en de daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheid in de wereld gestalte willen geven.
2. De vereniging tracht dit doel te bereiken door:
a. het periodiek houden van bijeenkomsten per afdeling;
b. het organiseren van bijeenkomsten, conferenties en andere contacten op plaatselijk, regionaal, landelijk en internationaal, met name Europees, niveau;
c. het uitgeven van een periodiek mededelingenblad.

Afdelingen

Artikel 6.
1. De vereniging is georganiseerd in afdelingen.
2. Een afdeling wordt op initiatief van of in overleg met het hoofdbestuur opgericht en door het hoofdbestuur als zodanig erkend.
3. Een afdeling kan zich opheffen door een daartoe strekkend besluit te nemen, echter slechts na overleg met het hoofdbestuur.

Artikel 7.
1. De afdelingen hebben een bestuur, gekozen uit en door haar leden, volgens door elke afdeling te stellen regels en tenminste bestaande uit een voorzitter en een secretaris.
2. De rechten en verplichtingen van het bestuur van een afdeling, evenals de zittingsduur van de bestuursleden, worden door de leden van de afdeling bij meerderheid van stemmen vastgesteld.

Artikel 8.
De leden van de afdelingen komen als regel éénmaal in de maand bij elkaar.

Artikel 9.
De afdelingen brengen desgevraagd bij monde van hun vertegenwoordiger tijdens een vergadering van het besturenconvent verslag uit over het afgelopen jaar.
Lidmaatschap.

Artikel 10.
De vereniging kent leden en buitenleden, welke laatste geen leden zijn in de zin der wet.

Artikel 11.
1. Leden zijn degenen, die tot een afdeling zijn toegetreden na door het bestuur van die afdeling daartoe te zijn uitgenodigd.
2. Van de leden wordt een actieve instelling ten opzichte van de vereniging in haar afdelingen verwacht, hetgeen impliceert, dat zij zoveel mogelijk de bijeenkomsten van hun afdeling bijwonen.

Artikel 12.
Leden zijn bevoegd de vergaderingen en bijeenkomsten van alle afdelingen van de vereniging bij te wonen.

Artikel 13.
1. Buitenleden zijn degenen, die door het hoofdbestuur als zodanig zijn aanvaard. Zij maken geen deel uit van een afdeling.
2. Buitenleden hebben in alle vergaderingen en bijeenkomsten van de afdelingen der vereniging een adviserende stem. Het besturenconvent.

Artikel 14.
1. Het besturenconvent wordt gevormd door het hoofdbestuur en vertegenwoordigers van de afdelingen.
2. Elke afdeling wordt als regel vertegenwoordigd door twee leden, door de afdeling daartoe hetzij periodiek, hetzij ad hoc aangewezen, bij voorkeur bestuursleden der afdeling.
3. De voorzitter en de secretaris van het hoofdbestuur zijn qualitate qua voorzitter, respectievelijk secretaris van het besturenconvent.

Artikel 15.
1. Het besturenconvent komt tenminste tweemaal per jaar bijeen.
2. Het wordt door het hoofdbestuur, hetzij eigener beweging hetzij op verzoek van de besturen van tenminste vijf afdelingen bijeen geroepen.

Artikel 16.
1. De afdelingen hebben in het besturenconvent elk één stem.
2. De leden van het hoofdbestuur hebben het recht in de vergaderingen van het besturenconvent het woord te voeren en stemrecht uit te oefenen. Zij hebben ieder één stem, met dien verstande dat zij tezamen niet meer stemmen kunnen uitbrengen dan een derde gedeelte van het gehele aantal der uitgebrachte stemmen. Indien nodig bepaalt de voorzitter welke leden van het hoofdbestuur zich van stemming zullen onthouden.
3. Bij staken der stemmen beslist de voorzitter.

Artikel 17.
In de vergadering van het besturenconvent wordt het door het hoofdbestuur te voeren beleid besproken; het besturenconvent doet daartoe de nodige aanbevelingen.

Artikel 18.
1. Het besturenconvent stelt jaarlijks voor het einde van het lopende verenigingsjaar op voorstel van het hoofdbestuur de begroting voor het volgende jaar vast.
2. Het besturenconvent benoemt jaarlijks een kascommissie, die het financiële beheer van het hoofdbestuur over het afgelopen jaar controleert en omtrent de goedkeuring van dat beheer aan het besturenconvent advies uitbrengt.
3. Jaarlijks wordt uiterlijk op één juni aan het besturenconvent de jaarrekening over het afgelopen jaar voorgelegd.

Het hoofdbestuur

Artikel 19.
1. Het hoofdbestuur bestaat bij voorkeur uit een oneven aantal doch ten minste drie leden, waaronder een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, welke functies onverenigbaar zijn.
2. De leden van het hoofdbestuur worden voor een periode van drie jaar door het besturenconvent gekozen uit de leden van de vereniging.
3. De voorzitter wordt in functie gekozen, de overige functies worden door de leden onderling verdeeld.

Artikel 20.
1. De leden van het hoofdbestuur zijn onmiddellijk herkiesbaar.
2. De zittingsduur van enig lid van het hoofdbestuur kan in totaal een periode van tien jaar niet overschrijden.

Artikel 21.
Onverminderd de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het hoofdbestuur in zijn geheel is bovendien de voorzitter tezamen met de secretaris, of bij ontstentenis van een van deze beiden de andere hunner tezamen met een ander lid van het hoofdbestuur, bevoegd de vereniging in- en buiten rechte te vertegenwoordigen.

Artikel 22.
Het hoofdbestuur heeft tot taak de vereniging zowel nationaal als internationaal te representeren. Het stimuleert, waar nodig, de activiteiten van de afdelingen; het bevordert de oprichting van nieuwe afdelingen; het bevordert het contact tussen de afdelingen en de leden en de buitenleden onderling door de uitgifte van een periodiek mededelingenblad; het geeft periodiek een ledenboekje uit; het bevordert jaarlijks de organisatie door één of meer afdelingen van een nationale conferentie voor alle leden en buitenleden. Het thema voor een nationale conferentie wordt ter bespreking voorgelegd aan het besturenconvent, waarna het wordt vastgesteld door de organiserende afdeling(en) en het hoofdbestuur tezamen.

Artikel 23.
Het hoofdbestuur brengt jaarlijks aan het besturenconvent verslag uit van de stand van zaken in de vereniging en van de werkzaamheden van het hoofdbestuur in het afgelopen jaar, in de vorm van een schriftelijk verslag, opgesteld door de secretaris.

Geldmiddelen.

Artikel 24.
De geldmiddelen worden gevormd uit bijdragen van de leden, giften en andere inkomsten.

Artikel 25.
1. De leden zijn aan het hoofdbestuur telkenjare per één januari een jaarlijkse bijdrage verschuldigd, waarvan het bedrag wordt vastgesteld door het besturenconvent.
2. Degenen, die in de loop van een jaar lid worden, zijn deze bijdrage verschuldigd pro rata parte per de eerste van de maand nadat zij zijn toegetreden.
3. De penningmeesters der afdelingen innen deze bijdragen van de leden van hun afdeling in de loop van januari, respectievelijk in de loop van de maand volgende op die waarin het lid is toegetreden. Zij dragen deze bijdrage zo spoedig mogelijk af aan de penningmeester van het hoofdbestuur.

Artikel 26.
De afdelingen zijn gerechtigd om, ter bestrijding van hun kosten, boven het bedrag genoemd in artikel 25 nog een bijdrage van hun leden te heffen.

Artikel 27.
1. Bij het vervallen van het lidmaatschap wordt geen restitutie van betaalde bedragen verleend.
2. Wanneer een lid naar een andere afdeling overgaat, is het aan die afdeling voor het lopende jaar geen bijdrage verschuldigd.

Beëindiging van het lidmaatschap.

Artikel 28.
1. Het lidmaatschap eindigt:
a. door de dood van het lid;
b. door opzegging door het lid;
c. door opzegging namens de vereniging, wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
d. door ontzetting, welke alleen kan worden uitgesproken wanneer het lid handelt in strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging, dan wel de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Opzegging en ontzetting geschieden door de afdeling.
2. Het hoofdbestuur treedt ten aanzien van buitenleden op analoge wijze op.
3. Leden en buitenleden kunnen van besluiten tot opzeg ging of ontzetting beroep aantekenen bij het besturenconvent, overeenkomstig de regels bij de wet bepaald.

Artikel 29.
Alle aangelegenheden, waarin deze statuten niet voorzien, en die niettemin een regeling behoeven, worden door het hoofdbestuur geregeld.

Statutenwijziging.

Artikel 30.
Deze statuten kunnen slechts worden gewijzigd in een vergadering van het besturenconvent, die is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar een wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De voorstellen tot wijziging van de statuten moeten tenminste een maand voor de datum van de vergadering van het besturenconvent aan de afdelingen toegezonden zijn. Het besluit tot wijziging van de statuten wordt genomen met een gewone meerderheid van stemmen in een vergadering van het besturenconvent, waarin tenminste de helft van de afdelingen vertegenwoordigd is.

Ontbinding.

Artikel 31.
Een besluit tot ontbinding van de vereniging kan worden genomen in een vergadering van het besturenconvent met tenminste drie/vierde der voor dit besluit uitgebrachte geldige stemmen van de ter vergadering aanwezige stemgerechtigden. Een daartoe strekkend voorstel moet tenminste één maand voor de vergadering van het besturenconvent, waarin het zal worden behandeld, ter kennis van de leden worden gebracht.

Liquidatie.

Artikel 32.
1. De vereniging wordt geliquideerd met inachtneming van de met betrekking tot liquidatie voorgeschreven wettelijke bepalingen.
2. Het besturenconvent beslist welke bestemming zal worden gegeven aan de waarden, welke na betaling van alle schulden van de vereniging zullen overblijven.